Het verhaal van Til Gerritsen

Ik ga er voor zorgen dat ik goed in de gaten word gehouden.

Het verhaal van Til Gerritsen, 59 jr.

Begin februari van dit jaar zag ik een rare harde bobbel in mijn lies. Ik wachtte een paar weken af of die weer zou verdwijnen maar dat was niet het geval. Naar de dokter dus, die me doorstuurde naar het ziekenhuis voor een echo.

Een punctie daarna wees uit dat het kanker was. Maar het was een uitzaaiing…daarom werd er in de nabijheid van de opgezette klier verder gekeken naar de urineleider, de klier en er werd een uitstrijkje gemaakt. Daar kwam niks uit. Zelf vroeg ik toen naar een pet-scan, maar ook die bracht de primaire tumor niet tevoorschijn.
Ik heb gevraagd of ik doorverwezen kon worden naar een meer gespecialiseerd ziekenhuis. Dat mocht. Ik werd na ruim twee weken al doorverwezen naar het Antoni van Leeuwenhoek in Amsterdam (AVL). Daar werden opnieuw een echo, biopt en pet-scan gedaan. Er werd bovendien tijd voor mij gemaakt en er werd aandachtig naar mij geluisterd. Ook was er de mogelijkheid van DNA-onderzoek…..maar het leverde niet de sleutel op van het raadsel: wat voor kanker heb ik dan? Men had het vervolgens over Primaire Tumor Onbekend, PTO. Ik had er nog nooit van gehoord.

In het Antoni van Leeuwenhoek is besloten om de klier met uitzaaiingen operatief te verwijderen. Daarna werd in overleg met mij besloten dat ik chemo en bestraling zou ondergaan in het Isala ziekenhuis Zwolle. Maar de oncoloog aldaar begreep het niet: waarom chemo als de primaire tumor, de aard van de kanker niet bekend is? Misschien heb ik het zelf niet goed begrepen, maar ik werd zelf verdrietig van deze verwarring, ik zou immers chemo krijgen? Dat leek mij onontkoombaar als je kanker hebt en ik had begrepen .
Echter na overleg tussen de twee ziekenhuizen en ook nog het UMC Groningen werd besloten tot alleen bestraling. Ik was daar wel blij mee, maar bleef ook in de war. Wat voor kanker had ik toch, wat was nu de beste behandeling,

Ik heb zelf via de huisarts een psycholoog geregeld om mee te praten. Over palliatieve zorg heeft niemand met mij een gesprek gevoerd. De huisarts was verbaasd over mijn diagnose.

Ik ben vastbesloten om voor mezelf op te blijven komen, juist vanwege alle verwarring, ook bij de artsen. Ik zelf heb er voor gezorgd dat ik naar het AVL kon en daar ben ik goed onderzocht en werd ik goed te woord gestaan. Er werd naar mij geluisterd. Er is een vervolgtraject gekomen met bestraling. Zolang ik klachten heb en niet gezond kan worden verklaard, zal ik ervoor zorgen dat ik goed in de gaten wordt gehouden.